Inclusiviteit is een fundamentele pijler van een rechtvaardige en vooruitstrevende samenleving. Het streven naar een wereld waarin iedereen een plek vindt, ongeacht afkomst, religie, geslacht of fysieke capaciteiten, is zowel prijzenswaardig als essentieel voor het welzijn van alle leden van de samenleving. Echter, het pad naar inclusiviteit betekent niet dat elke omgeving per definitie geschikt hoort te zijn voor iedereen.
Soms kan het afdwingen van inclusiviteit zelfs contraproductief blijken te zijn.
Enkele maanden geleden werd ik uitgenodigd voor een sessie over inclusie, een thema waarmee ik een complexe relatie onderhoud.
De fragiele balans tussen de vanzelfsprekendheid van het concept en de vaak rigide uitvoering ervan motiveerde me om deel te nemen. Ik zocht helderheid en een oplossing voor een vraagstuk dat mij bijna onoplosbaar leek. Diverse jongeren, leiders uit de jeugdbeweging, jeugdwerkers en andere betrokkenen bij onze steeds diverser wordende samenleving reflecteerden op dit onderwerp en de toenemende verantwoordelijkheid die wij als geëngageerde burgers dragen. Al snel bleek dat er geen pasklare oplossing was; zelfs onder degenen die zich dagelijks inzetten voor een betere wereld, heerst veel schuldgevoel. Ondanks de nobele intenties wordt met schaamte erkend dat bepaalde zaken simpelweg niet haalbaar zijn, en velen ervaren dit als een persoonlijk falen. Het antwoord op mijn vraag werd plots helder: we moeten de realiteit onder ogen zien en erkennen dat niet iedereen overal betrokken kan worden.
Neem bijvoorbeeld een jeugdbeweging, waar ik zelf lange tijd actief in was. Deze groepen zijn opgericht om kinderen een veilige en plezierige omgeving te bieden waarin ze kunnen leren, groeien en genieten. De activiteiten zijn vaak fysiek en vereisen soms een bepaalde mate van behendigheid en uithoudingsvermogen. Het opnemen van een ernstig fysiek gehandicapte jongen zou een prachtig gebaar van inclusiviteit zijn, maar als dit ten koste gaat van het plezier en de effectiviteit van de activiteiten voor alle kinderen, mist het zijn doel.
Dit betekent niet dat de jongen geen plek in de maatschappij verdient. Integendeel, hij verdient net zoveel kansen als ieder ander kind om te genieten van sociale interactie en avonturen. Het is echter de verantwoordelijkheid van de samenleving om een geschikte plek voor hem te creëren. Dit kan bijvoorbeeld een speciale vereniging zijn die activiteiten aanbiedt die afgestemd zijn op zijn mogelijkheden, of initiatieven die gericht zijn op inclusieve sport en spel.
Een inclusieve samenleving houdt in dat we diversiteit omarmen en iedereen de kans geven om deel te nemen aan het sociale leven. Maar dit vereist ook een realistische en pragmatische benadering van hoe we dit realiseren. Door te eisen dat alle organisaties en verenigingen zich aanpassen aan alle mogelijke behoeften, riskeren we het tegenovergestelde effect: overbelasting van vrijwilligers en leden, en een afname van de kwaliteit van de ervaringen voor iedereen.
Een werkelijk inclusieve samenleving zou moeten proactief een breed scala aan mogelijkheden en organisaties ondersteunen, elk met een eigen focus en specialisatie. In plaats van te eisen dat één organisatie alles biedt aan iedereen, zouden we een ecosysteem van verschillende groepen moeten cultiveren waarin iedereen een passende plek kan vinden.
Dit vereist creativiteit, empathie en vaak ook aanvullende middelen. Het vraagt om een luisterend oor voor de behoeften van alle leden van onze gemeenschap en een flexibele benadering. Beleidsmakers moeten begrijpen dat inclusiviteit verder gaat dan alleen integratie en bereid zijn te investeren in de infrastructuur die nodig is voor een breed scala aan mogelijkheden. Daarnaast hebben we een persoonlijke verantwoordelijkheid. We moeten individueel streven naar een inclusieve samenleving en in ons werk en onze hobby’s een open houding aannemen. Dit betekent echter ook dat we onze grenzen moeten afbakenen en mensen durven weigeren als dit schadelijk zou zijn voor hen of de werking. We moeten de moed hebben om te proberen; de gehandicapte jongen een kans geven binnen de lokale jeugdbeweging, maar ook eerlijk aangeven wanneer iets niet lukt, zonder schaamte of schuldgevoel. Een goede doorverwijzing is immers beter dan een halve oplossing.
Het uiteindelijke doel is een samenleving waarin iedereen zijn of haar plek kan vinden, zonder dat dit ten koste gaat van anderen. Dit betekent dat we soms moeten accepteren dat exclusiviteit binnen inclusiviteit een noodzakelijke realiteit is. Alleen zo kunnen we een maatschappij creëren waarin iedereen zich welkom voelt en kan gedijen binnen de context die het beste bij hen past.
Cedric Verstraete
Biografie:
Cedric Verstraete (29j) (📷 (c) Daan Schellemans)
Eigenaar van Cherry Picker Record Store
Hoofdanimator in het jeugdwerk en jarenlang leider bij KSA Rooyghem
Voorzitter van Jongsocialisten Brugge
Lijsttrekker van Generatie Vooruit bij de komende gemeenteraadsverkiezingen
Reactie plaatsen
Reacties